Lekker lang jong en gezond blijven? De Amerikaanse wetenschapper Bruce Ames ontdekte hoe je met vitaminen en mineralen de veroudering kunt remmen.
Als we zorgen dat we de juiste vitamines en mineralen in de goede hoeveelheden binnenkrijgen in verder ook gezond leven ,kunnen we allemaal honderd worden. Dit is wat professor Bruce Ames zegt aan het einde van het interview. Hij beklaagd zich over het gebrek aan belangstelling voor voeding binnen de medische wetenschap. ‘Farmaceuten hopen dat we in de toekomst de veroudering kunnen stoppen met een geneesmiddel, genetici zoeken naar een gen voor de eeuwige jeugd. Omdat ze geen verstand van voeding hebben, snappen ze niet dat we ons leven nu al kunnen verlengen door gezonder te eten en zo nodig supplementen in te nemen’.De biochemicus Ames is emeritus hoofdleraar verbonden aan de Universiteit van California en het Children’s Hospital Oakland Research Institute. Daar doet hij al ruim dertig jaar onderzoek naar het effect van voeding op de veroudering. In 2002 lukte het hem met een beroemd geworden experiment oude laboratoriumratten weer even energiek en scherp te maken als jongere ratten, simpelweg door twee vitamine-achtige stofjes aan hun voer toe te voegen. (Zie bijlage) Sindsdien neemt hij de bewuste stofjes zelf ook elke dag in als een supplement. Misschien verklaart dat dat hij op zijn 86e nog bruist van de energie. Wat heet! Hij werkt zeven lange dagen per week, runt een onderzoekslaboratorium en publiceert wetenschappelijke artikelen in een tempo waarvan menig jonge ambitieuze wetenschapper buiten adem zou raken. Ames denkt dat ook de verrukkelijke mediterrane maaltijden van zijn vrouw hem achter de geraniums vandaan houden. En ja, de wetenschapper heeft geluk met zijn genen. Zijn beide ouders werden stokoud, een tante bereikte zelfs de magische grens van honderd.
De les die je uit Ames’ studies kunt trekken, is juist deze: als je krakkemikkige genen van je ouders hebt geërfd, kun je de nadelen daarvan voor een belangrijk deel, misschien wel helemaal, opheffen met uitgekiende voeding. Als iedereen dat goed doet, kunnen we allemaal tot op hoge leeftijd blijven werken, reizen en van het leven genieten.
SLIM SLIKKEN
In de jacht op methoden om verouderingsziekten te bestrijden en de gezonde levens duur te verlengen, is voeding volgens Ames het ‘laaghangende fruit’met voeding valt snel en relatief gemakkelijk grote winst te boeken in de strijd tegen de ouderdom. Hij stelt dat iedereen om te beginnen mediterraan zou moeten eten: veel groente, fruit, vis,noten en volkoren granen, af en toe een stukje wit vlees en slechts mondjesmaat rood vlees. Zo krijg je alle stofjes binnen die de menselijke machine nodig heeft om lekken te kunnen snorren. Maar zelfs als je uitgebalanceerd eet is het volgens de wetenschapper voor de meeste mensen noodzakelijk sommige voedingsstoffen aan te vullen met aangepaste eetgewoonten of, simpelere, supplementen. Want door individuele genetische eigenschappen, de zogenaamde polymorfismen, heeft iedereen een unieke mix van voedingsstoffen nodig om gezond te blijven.
‘Neem choline‘, zegt Ames, ‘Dat is een vitamine-achtig stofje dat we in ons lichaam kunnen aanmaken. Het is enorm belangrijk voor de stofwisseling. Maar de helft van alle vrouwen maakt er door een polymorfisme onvoldoende van aan. Die moeten dus iets eten waar extra veel choline in zit, zoals eieren. Of ze moeten het tekort aanvullen met een cholinesupplement. Een ander voorbeeld is vitamine D. Die vitamine stuurt bijna duizend verschillende genen aan,
Als je te weinig vitamine D in je bloed hebt, heb je grotere kans op allerlei verouderingsziekten, van hart- en vaatziekten tot kanker.
Een van zijn medewerkers heeft aangetoond dat je vitamine D nodig hebt om serotonine aan te maken, een enorm belangrijk hersenhormoon. Vitamine D zit in heel kleine beetjes in onze voeding, het meeste maken we aan in onze huid met behulp van de zon. Maar met een donkere huid heb je veel meer zonlicht nodig om vitamine D aan te maken dan wanneer je wit bent. Daardoor loopt 95% van de gekleurde bevolking in de VS met een D-tekort rond. Die donkere huid is dus een genetisch nadeel voor mensen van Afrikaanse origine in landen met weinig zon, Net zoals de lichte huid van een Ier die naar Australië emigreert een nadeel is, zijn kans op huidkanker wordt groter. Die Ier kan dat genetische nadeel simpel opheffen door een petje op te zetten en zich goed in te smeren met een beschermingsfactor. Die donkere man in Chicago of Amsterdam kan zijn genetische nadeel opheffen door elke dag een vitamin D-pil van een paar cent te slikken. In beide gevallen gaat het om een genetische kwestie oplost en je het risico op een aftakelingsziekte sterk verkleint.
OPTIMALE STOFWISSELING
‘Veel mensen verouderen te snel omdat ze door slechte eetgewoonten te weinig vitaminen en mineralen binnenkrijgen voor een optimale stofwisseling’
Volgens Ames draait gezond oud worden om een optimaal afgestelde stofwisseling: de magische biochemische machinerie die ervoor zorgt dat onze maaltijden en ademteugen in energie, hormonen, spieren en neurotransmitters worden omgezet, plus al die andere ontelbare zaken die tezamen ‘leven’ vormen. Aan de basis van de stofwisseling liggen onze genen, de blauwdrukken van eiwitten en enzymen. Enzymen zijn biologische robotjes die rommel opruimen, DNA-schade repareren, de energieproductie reguleren, vrije radicalen onschadelijk maken, genen remmen en activeren en allerlei andere taken verrichten om de stofwisseling gaande te houden. In totaal zijn er meer dan 3800 verschillende soorten enzymen in onze vellen actief, allemaal met hun eigen taak. Om hun werk goed te kunnen doen, heeft ruim een vijfde van deze enzymen een vitamine, mineraal of andere micronutriënt als ‘cofactor’ nodig. Een enzym zonder bijbehorende cofactor is zoiets als een motor die amechtig stottert of helemaal stilvalt omdat er een cruciaal onderdeel mist. Slecht functionerende enzymen zijn zandkorrels in het delicate radarwerk van de stofwisseling. Een enkele Haperende klasse van enzymen kan al een kettingreactie aan funeste gevolgen starten, met verouderingsziekten van hart- en vaatziekten tot kanker en alzheimer en het versnellen van de veroudering als gevolg. Veel mensen verouderen te snel omdat ze door slechte eetgewoonten te weinig vitaminen en mineralen binnen krijgen voor een optimale stofwisseling. ‘vat Ames in zijn visie samen.
DNA_SCHADE VOORKOMEN
Ames is niet zomaar een professor met een theorietje. Binnen de academische wereld is hij een grootheid. Met meer dan 550 wetenschappelijke publicaties op zijn naam en een prijzenkast vol wetenschappelijke bekroningen, behoort hij tot de Premier League van de internationale wetenschap. In de jaren zestig ontwikkelde hij een test waarmee snel en goedkoop kan worden bepaald in welke mate een stof kankerverwekkend is: de naar hem vernoemde Ames test. Dankzij Ames weten we dat tabaksrook kankerverwekkend is omdat het DNA beschadigt. In de jaren zeventig klom hij op de barricaden om strikte regulering van landbouwgif te bepleiten en hij zorgde ervoor dat kankerverwekkende stofjes uit onder andere haarverf werden verbannen. In 1989 constateerde een medewerker van Ames verbaasd dat proefdieren in zijn laboratorium evenveel DNA-schade hadden als proefdieren die voor een experiment bewust waren bestraald om breuken in hun DNA te veroorzaken. Rara, hoe kon dat? Het mysterie werd opgelost toen bleek dat er door een fout van de diervoederleverancier geen foliumzuur (vitamine B11) in het voer zat. Ames ontdekte zo dat een langdurig tekort aan foliumzuur ook bij mensen DNA-schade veroorzaakt. Daarmee was zijn interesse voor voeding gewekt. Terwijl veel collega’s van zijn generatie al een tandje terugschakelden, stortte hij zich vol op de bestudering van de effecten van voedingstoffen op enzymprocessen en de stofwisseling. Ook op dit terrein deed hij een reeks baanbrekende ontdekkingen.
Iedereen is bang voor radioactieve straling, maar een gebrek aan foliumzuur verhoogt de kans op kanker evenzeer.
Veel enzymen in ons lichaam werken niet of te sloom doordat er te weinig vitaminen, mineralen en andere co-factoren beschikbaar zijn
Door genetische weeffoutjes produceert vrijwel iedereen te weinig van bepaalde soorten enzymen.
Bij het ouder worden gaan steeds meer enzymen in kwaliteit achteruit.
Door de inname van vitaminen, mineralen en andere co-factoren te verhogen, via aangepaste voeding of supplementen, kunnen ‘roestige’ enzymen weer beter functioneren en kun je ondanks genetische weeffoutjes de hoeveelheid van bepaalde soorten enzymen sterk laten toenemen.
Het DNA (erfelijke materiaal) in onze celkernen loopt elke minuut van de dag kleine beschadigingen op. Dat is een normaal gevolg van de stofwisseling en het geeft niet want een leger vlijtige enzymen herstelt de schade aan de lopende band.Maar dankzij de blunder met het diervoeden in 1989, ontdekte Ames dan als we stelselmatig weinig foliumzuur binnenkrijgen, sommige DNA-reparatie-enzymen er de brui aan geven. De DNA-schade wordt in dat geval niet volledig hersteld en loopt jaar na jaar langzaam op, met als gevolg een groeiende kans op – onder andere – kanker. Ames: iedereen is bang voor radioactieve straling, maar een gebrek aan foliumzuur verhoogt de kans op kanker even zeer. Best verontrustend, als je bedenkt dat minstens 10% van de Amerikaanse bevolking zelfs minder dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid foliumzuur binnenkrijg . In ons land zal de situatie niet veel beter zijn. Groene bladgroente is namelijk de belangrijkste bron van deze B-vitamine.
ONMERKBARE TEKORTEN
Onderzoekers ontdekken steeds meer enzymen die met ‘pech langs de weg’stilstaan of op halve kracht pruttelen door een gebrek aan vitaminen en mineralen. Daarbij is Ames iets opgevallen wat hem aan het denken zette. Vitaminen, mineralen, een aantal verzuren en een aantal aminozuren zijn ‘essentieel’. Dat wil zeggen dat het lichaam ze nodig heeft om te functioneren, maar ze niet of moeilijk zelf kan maken. Je moet ze via voeding binnenkrijgen. Als dat niet gebeurt, ga je in het uiterste geval dood. Zonder vitamine C krijg je scheurbuik, zonder vitamine B1 krijg je beriberi en zonder vitamine D krijg je rachitis. Zo heeft elke essentiële voedingstof zijn eigen kenmerkende, rampzalige gevolgen als je er te weinig van binnenkrijgt. Overheden hebben daarom van elke essentiële voedingstof vastgesteld hoeveel we er dagelijks van nodig hebben om gezond te blijven: de eerdergenoemde aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH). Omdat daarbij rekening is gehouden met individuele verschillen is er per stof een ruime marge genomen. Ames constateerde echter dat bij veel mensen die voldoende foliumzuur binnenkrijgen om niet direct ziek te worden, desondanks een deel van de DNA-reparatie-enzymen inactief is. Aan ‘de buitenkant’ lijkt er niets aan de hand, de mensen voelen zich prima, terwijl aan ‘ de binnenkant’ de DNA-schade ongemerkt oploopt.
Het zelfde geldt voor andere vitamine en mineralen: als je er net aan de ADH van binnenkrijgt blijf je ogenschijnlijk gezond, terwijl desondanks allerlei beschermende enzymen er werkloos bij liggen.
Terwijl Ames op deze kwestie zat te broeden, kreeg hij in 2006 een eureka moment over de relatie tussen voeding en veroudering. ‘Een van die grote ideeën die je hooguit on de twintig jaar krijgt,’zegt Ames. ‘En dit is denk ik het belangrijkste inzicht van mijn hele loopbaan.’
Hij realiseerde zich dat, terwijl een deel van onze enzymen taken vervullen die belangrijk zijn voor de directe overleving, andere enzymen zich bezighouden met het minder acute onderhoud voor de lange termijn. Ons lichaam is gebouwd om te kunnen overleven in tijden van schaarste. Als het te weinig van een bepaalde vitamine of bepaald mineraal binnenkrijgt om beide groepen enzymen aan het werk te houden, stuurt het de beperkte voorraad linea recte naar de enzymen die onmisbaar zijn voor de directe overleving. De enzymen die ervoor moeten zorgen dat je ook op latere leeftijd nog gezond bent,’levensduurenzymen’ zoals Ames ze noemt, staan achter in de rij bij het uitdelen van co-factoren. Desnoods krijgen ze niets.
‘De natuur wil dat je lang genoeg overleeft om je voort te kunnen planten en vindt het niet zo belangrijk dat je tot je negentigste gezond blijft,’verklaart Ames.
Kortom, bij schaarste gebruikt het lichaam belangrijke voedingstoffen om te zorgen dat de motor van het leven niet stilvalt, terwijl de onderhoudswerkzaamheden worden verwaarloosd. Van twee essentiële voedingstoffen is hard aangetoond dat het lichaam inderdaad bij schaarste deze vorm van rantsoenering toepast: vitamine K en het mineraal Selenium. ‘Maar ik denk dat het voor alle voedingstoffen ook geldt,’ zegt Ames. ‘Gematigde schaarste ervan gaat ten koste van het langetermijnonderhoud. Het is nu zaak dat voor alle vitaminen en mineralen uit te zoeken en in kaart te brengen. Neem het mineraal magnesium. Alle DNA-reparatie-enzymen hebben het nodig als co-factor terwijl we weten dat het halve land met een magnesiumtekort kampt.
Wat betekend dat voor de gezondheid als mensen ouder worden’?
VITAMINE K2 AANVULLEN
Hoe het lichaam vitamine K bij schaarste rantsoeneert, is onder andere door Nederlandse wetenschappers uitgezocht (zie artikel ‘Vitamine K2’) Deze vitamine zo nodig als co-factor van enzymen die de bloedstolling regelen. Zonder goede stolling kun je leegbloeden door een valpartij of een snee in je hand. De vitamine K-afhankelijke enzymen voor de bloedstolling zijn dus van groot belang voor de overleving op de korte termijn. Maar vitamine K is óók nodig als co-factor voor enzymen die overtollig kalk uit de vaatwanden verwijderen en in de botten inbouwen. Een proces dat alleen belangrijk is voor de lange termijn. Als je vitamine K maar mondjesmaat binnenkrijgt, zal het lichaam de beschikbare voorraad eerst toewijzen aan enzymen voor de bloedstolling. Dat er daardoor geen of weinig vitamine K overblijft voor enzymen die aderverkalking en broze botten moeten voorkomen, is van latere zorg. Die vallen dan stil.
Onderzoek wijst uit dat dit het geval is bij grote groepen Nederlanders: iedereen krijgt genoeg K binnen om niet dood te bloeden na een valpartij, maar vrijwel niemand krijgt genoeg om aderverkalking en botten ontkalking op de lange termijn te voorkomen. Die schadelijke processen voltrekken zich decennialang onder de radar. Je merkt niets van een K-tekort en je voelt je prima, totdat er op je zestigste op zeventigste een verkalkte bloedvat barst of je na een val van het keukentrapje een heup breekt. ‘Je kunt dat probleem heel simpel oplossen door iets te eten waar veel K2 in zit, of door een pil met K2 te slikken
Bij een tekort aan luteïne en zeaxanththine kun je op hogere leeftijd maculadegeneratie krijgen, de belangrijkste oorzaak van blindheid bij oude mensen.
Volgens Ames zijn de huidige dagelijkse aanbevolen hoeveelheden vitaminen en mineralen te laag, omdat er geen rekening gehouden wordt gehouden me de langetermijneffecten. ‘De ADH van vitamine K is gebaseerd op het voorkomen van bloedingen, de ADH van vitamine C op het voorkomen van scheurbuik en de ADH van vitamine D op het voorkomen van rachitis.Voor de zekerheid wordt dan wel een ruimere hoeveelheid geadviseerd, maar als we langer gezond willen blijven, zullen we die normen verder naar boven moeten bijstellen.’ En daarmee zijn we er nog niet. Ames denkt dat er oneindig veel meer stoffen in voeding zitten die de naam ‘vitamine’ verdienen. Nu krijgt een voedingstof alleen dat predicaat als uit proefdieronderzoek blijkt dat je zonder dat stofje al op je vijftigste in plaats van op je honderdste een fataal infarct zou kunnen krijgen. “Dood” zou niet de definitie van een vitamine moeten bepalen, dat zou een lang en gezond leven moeten zijn,’ aldus Ames.
Als voorbeeld noemt hij luteïne en zeaxanthine, stofjes die we onder andere binnenkrijgen via groente, fruit en eieren. ‘Het zijn carotenoïden die achter in het oog in de gele vlek zitten. We weten precies wat ze daar doen: het zijn antioxidanten die het oog beschermen tegen de schade die licht kan aanrichten. Als je er te weinig van binnenkrijgt ga je niet dood en gaat je zicht niet direct achteruit, daarom worden ze omslachtig ‘micronutriënten’ of ‘bioactieve stoffen’ genoemd. Maar wat mij betreft zijn het gewoon vitaminen, want bij een tekort kun je op hogere leeftijd maculadegeneratie krijgen, de belangrijkste oorzaak van blindheid bij oude mensen. En als je ze aanvult, door je voeding aan te passen of een pil met luteïne en zeaxanthine in te nemen, kun je blindheid voorkomen.
ELKE DAG EEN MULTI
Ten slotte zijn er ook nog belangrijke vitamine-achtige stofjes die het lichaam niet alleen uit voeding haalt, maar ook zelf kan aanmaken, zoals liponzuur, co-enzym Q10, carnitine en het eerdergenoemde choline. ‘Maar met het ouder worden gaat het bergafwaarts met de hele stofwisseling en gaat ook de aanmaak van deze stoffen achteruit. Daardoor worden ze vanzelf ‘essentieel’, dat wil zeggen dat het lichaam ze vanaf een bepaalde leeftijd uit voeding moet zien te halen om gezond te blijven. ‘Een medewerker van Ames heeft voor deze klasse micronutriënten de term ‘age essentials’ bedacht: als je jong bent krijg je al snel voldoende via goede voeding binnen omdat je lichaam ze ook zelf kan malen, maar vanaf een bepaalde leeftijd blijft de eigen productie achter en moet je aan aangepaste voeding of supplementen gaan denken. In het ideale geval krijg je van jongs af aan een mix van voedingstoffen binnen die alle ‘levensduurenzymen’ in topvorm houden. Daarom verloopt het herstel en onderhoud van je lijf gesmeerd en blijf je tot op hoge leeftijd zo goed als nieuw. Maar bij iedereen is die mix door genetische verschillen net iets anders. Bovendien veranderen de behoeften van je lichaam als je ouder wordt.
Hoe kom je erachter welke enzymen in jouw lijf een duwtje in de rug kunnen gebruiken met een aangepaste voeding of een supplement? Op dit moment kan een orthomoleculair specialist een schatting maken met behulp van laboratoriumtesten en lichamelijk onderzoek, maar grotendeels blijft het nattevingerwerk. Je beste optie is om je lichaam zo rijk mogelijk van micronutriënten te voorzien. Ames adviseert daarom naast een volwaardig mediterraan voedingspatroon dagelijks een multivitamine-mineralenpreparaat in te nemen als ‘verzekering’. Met een goede multi dek je in één keer een hele reeks mogelijke tekorten af. Toch blijft het behelpen, want zelfs het beste supplement bevat slechts een bescheiden handje vitaminen en mineralen vergeleken bij de stortvloed aan micronutriënten die je via (bijvoorbeeld) een groene salade met wat stukjes walnoot, pompoenpitten, uienringen en een scheutje olijfolie binnenkrijgt.
En dan is het nog mogelijk dat een cruciaal levensduurenzym door een genetische ‘weefselfoutje’ bij jou vijftigmaal meer van een bepaalde vitamine nodig heeft dan bij de rest van de bevolking, zodat het zelfs aan kerngezonde voeding plus een multi niet genoeg heeft.
In feite is eten en slikken voor een langere ‘gezondheidsduur’ nu een kwestie van blindvliegen. Maar er is verandering op komst. Ames voorspelt dat er binnen tien jaar een bloedtest op de markt zal verschijnen waarmee de activiteit van alle belangrijke levensduurenzymen in het bloed gemeten kan worden. Dat is nu al mogelijk voor een beperkt aantal enzymen, hoewel je daarvoor in het ziekenhuis moet zijn. Zo staat er in een aantal Nederlandse ziekenhuizen een apparaat dat meet of er voldoende vitamine K-afhankelijk enzymen geactiveerd zijn, de biologische machientjes die overtollig kalk uit de vaatwanden verwijderen en dat naar de botten transporteren. Ames: ‘Er zijn ook al testen om seleniumafhankelijke enzymen te meten en binnenkort komt er een test die zinkafhankelijke enzymen meet. Vitamine D en vitamine B12 zijn goed te meten. Voor alle belangrijke enzymen en micronutriënten verschijnen nu een voor een testen, dat ontwikkelt zich in sneltreinvaart. Over tien jaar kun je een apparaatje bij elke drogist kopen. je steekt je vinger erin en een paar minute later zijn alle belangrijke biomarkers in een druppeltje bloed afgelezen. Het apparaatje zal zeggen: ‘je zit te laat in je magnesium.’Vervolgens stuurt het een berichtje naar je telefoon:’Eet vaker een groot bord spinazie of kool.’ Dan zal iedereen in staat zijn de gezondheid in eigen hand te nemen. Of mensen verstandig van die mogelijkheid gebruik gaan maken is een tweede, maar door je eetpatroon precies af te stemmen op je stofwisseling kun je de kansen op een lang en gezond leven drastisch vergroten.’
SLIKKEN OF ETEN?
Natuurlijk voorkom je vitaminetekorten in de eerste plaats door gezond te eten, daarover laat Ames geen twijfel bestaan. Maar het is heel goed mogelijk dat je door een genetische eigenschap (veel) meer van een bepaalde vitamine of bepaald mineraal nodig hebt dan dat je uit je dagelijkse maaltijen kunt halen, hoe oergezond en uitgebalanceerd je ook eet. Daar komt bij dat als je ouder wordt, het lichaam meer moeite heeft sommige micronutriënten uit voeding op te nemen, terwijl het er juist meer van nodig heeft.
Het probleem is dat van slechts een handjevol vitamine en mineralen is te meten of je er optimale hoeveelheden van binnenkrijgt. Is het dus slim op een batterij vitaminepotten aan te schaffen en voor de zekerheid te gaan slikken?
Ik denk wel dat iedereen een multivitamine- en mineralensupplement als verzekering zou kunnen nemen,’ zegt Ames hierover.
‘Verder denk ik dat vitamine D nuttig is, omdat we te veel binnen zitten en te weinig zon op de huid krijgen. Dat geldt vooral voor ouderen. En als je niet regelmatig vis eet, zijn visoliecapsules zinvol. Maar je moet het met supplementen ook weer niet overdrijven. Met de vitaminen heb je een ruime veiligheidsmarge, maar met de mineralen moet je oppassen. Als je te veel calcium binnenkrijgt, verstoor je een aantal magnesiumenzymen, als je te veel magnesium binnenkrijgt, verstoor je een reeks calciumenzymen. Er zijn mensen die selenium of ijzer belangrijk vinden en zichzelf met supplementen vergiftigen. Maar een tekort aan deze mineralen is ook schadelijk en komt veel voor. Dus je moet van elke vitamine en alk mineraal goed weten hoeveel speelruimte je hebt. Met die kanttekening erbij ben ik voorstander van supplementen. Ik slik ze zelf ook.
RAKETBRANDSTOF VOOR JE CELLEN
Onze energie wordt opgewekt in mitochondriën, zeg maar de energiecentrales in onze cellen. In organen en weefsel die 24/7 veel energie slurpen, zoals het hart en het brein, bevatten cellen extra veel – duizenden – mitochondriën om aan de energiebehoefte te kunnen voldoen. Maar als we ouder worden, gaan de mitochondriën in kwaliteit achteruit. Net als oude kolencentrales produceren ze aan de ene kant steeds minder energie, terwijl ze aan de andere kant steeds meer schadelijke afvalstoffen uitspuwen. Deze achteruitgang van de mitochondriën is een belangrijke oorzaak van de veroudering. Organen die er het meest van afhankelijk zijn, zoals het hart en de hersenen, hebben er het meest onder te lijden.
In de jaren negentig bestudeerde Ames welke micronutriënten de mitochondriën nodig hebben om gesmeerd te kunnen functioneren. Daarbij stuitte hij op twee stofjes die het lichaam zelf kan maken: alfaliponzuur en acetyl-L-carnitine. Deze twee stofjes krijgen we ook binnen met onze voeding. Alfaliponzuur zit vooral in orgaanvlees en groene groente: acetyl-L-carnitine zit in vlees en zuivel. Omdat de eigen productie van de stofjes achteruitgaat bij het vorderen van de leeftijd, worden de mitochondriën steeds afhankelijker van de aanvoer uit ons eten.
Kun je hieruit afleiden dat als je op latere leeftijd extra alfaliponzuur en acetyl-L-carnitine gaat eten of slikken, je mitochondriën beter energie blijven genereren?
On die theorie te testen, voedde Ames de stofjes aan ‘bejaarde’ laboratoriumratten die enigszins sloom en verward door de ouderdom in hun kooi rondscharrelden. En inderdaad: hun roestige mitochondriën gingen weer meer energie produceren terwijl de ‘vieze uitstoot’ verminderde. Nog beter: na enige tijd werden de dieren weer even energiek en actief als jongere soortgenoten van ‘middelbare’ leeftijd. Bovendien bleek uit allerlei testjes dat ze ook weer even scherp en slim waren geworden, wat wees op het beter functioneren van de hersenen.
Sinds deze beroemd geworden experimenten is de mix van alfaliponzuur en acetyl-L-carnitine populair als supplement onder de gezondheidsfreaks en topsporters. Ames, die het zelf ook slikt, denkt dat de mix oudere mensen evenals oudere proefdieren kan ‘verjongen’, maar erkent direct dat dit nog niet met goed onderzoek is bewezen.
Op dit moment treffen wetenschappers voorbereidingen voor een studie met vrouwen die de menopauze achter de rug hebben die een supplement met alfaliponzuur en acetyl-L-carnitine gaan slikken.